Naast onze hoofdgewassen, telen wij ook een aantal andere gewassen.
Tagetes (Afrikaantjes)
Leliewortels kunnen worden aangetast door "vrijlevende aaltjes". Deze prikken de plantwortels aan waardoor deze afsterft. Om schade van dit aaltje tegen te gaan zaaien we, waar mogelijk, Tagetes (ofwel Afrikaantjes). Als het aaltje deze wortels aanprikt wordt het uitgeschakeld, waardoor in het volgende jaar hier geen schade meer van ondervonden wordt.
Omdat Tagetes erg vorstgevoelig is, kan deze pas laat in het jaar worden gezaaid (vanaf eind mei). Wij laten het gewas helemaal doorgroeien totdat het vanzelf afsterft (of afvriest). Omdat er dus geen opbrengst van komt is het een vrij kostbare teelt. Echter, de voordelen van aaltjesbestrijding wegen hier tegen op.
Gerst
Ieder jaar verbouwen wij circa 5 hectare gerst, om ons bouwplan weer mooi rond te krijgen. Het zaad gaat naar de Raiffaisen-Waren en het stro wordt gebruikt voor de paarden van moeder.
De kleine planten worden in de herst/winter geplant en de wortels worden pas laat in het najaar geoogst.
Maïs
Omdat wij veel grond huren en ruilen met veehouders, verbouwen wij ook maïs voor veevoer voor deze melkveehouders.
VaLERIAAN
Net als 25 jaar geleden telen we ook nu weer Valeriaan. We oogsten hiervan de wortels. Die worden gespoeld, geschoond, gedroogd en verwerkt tot bestanddeel van rustgevende middelen.
Grasland
Behalve de wendakkers e.d. zijn er nog een aantal percelen grasland. Deze worden beweidt door de paarden van moeder/oma, of gemaaid voor kuilvoer of hooi.